In het gedrag van mensen zijn vaak patronen te herkennen die direct te herleiden zijn tot de 5 verschillende egotoestanden: Structurerende Ouder (SO), Voedende Ouder (VO), Volwassene (V), Natuurlijk Kind (NK) en Aangepast Kind (AK). J. Dusay (1972) ontwikkelde het zogenaamde egogram om deze patronen in kaart te brengen. Het egogram is een grafische weergave van de mate waarin iemand gebruik maakt van de verschillende functionele egotoestanden.
Voorbeeld egogram
In bovenstaand voorbeeld zie je een persoon die een grote Voedende Ouder toont door bijvoorbeeld in het gezin veel verantwoordelijkheid en huishoudelijke taken op zich te nemen. De Structurerende Ouder is minder ontwikkeld, deze persoon volgt meer dan dat hij/zij stuurt. Het Natuurlijk Kind is bij deze persoon behoorlijk hoog: de behoeftes van anderen zijn belangrijker dan eigen behoeftes. Dat is ook te zien aan het relatief lage Aangepast Kind, eigen emoties worden minder getoond.
Met behulp van zo’n diagram (zie ook Vragenlijst egogram) kun je je eigen egogram maken:
- Beslis of je het patroon van het gebruik van je egotoestanden in een bepaalde omgeving wilt bestuderen, zoals thuis of op je werk.
- Teken vervolgens je egogram, waarbij de hoogte van elke staaf weerspiegelt hoeveel tijd je relatief in elk van de vijf egotoestanden verkeert
- Eventueel kun je het egogram nog uitbreiden door boven de lijn je positieve gebruik van elk van de egotoestanden te tekenen en beneden de lijn je negatieve gebruik van diezelfde ego-toestand.
- Wees eerlijk tegenover jezelf.
- Je kunt het egogram ter toetsing ook aan iemand anders laten zien die jou in die situatie kent.
Egotoestanden
Als je tevreden bent over de mate waarin je elk van de egotoestanden hanteert, hoef je niets meer te doen. De meesten van ons zullen bij het zien van hun eigen egogram echter beseffen dat we effectiever zouden kunnen zijn als we sommige egotoestanden minder zouden gebruiken en andere juist meer. De meest effectieve methode om een verandering in je patroon te bewerkstelligen, is je erop te concentreren wat je vaker in zou willen zetten en hoe dat er dan voor jou uitziet. Sta ook stil bij je mentale welzijn als je gemerkt hebt dat sommige egotoestanden amper aan bod komen, bijvoorbeeld op je werk. Zorg er voor dat ze in een andere omgeving, bijvoorbeeld privé, wel tot uiting kunnen komen.
Bronnen
Dusay, J. (1972). Egograms and the constancy hypothesis. Transactional Analysis Journal, 1(4), 33-41.
Thunnissen, M. en De Graaf, A. (red.) (2013), Leerboek Transactionele Analyse. Utrecht: De Tijdstroom.
En jij?
Benieuwd naar jouw communicatiestijl? Doe hier de test